Jacobspad


Het Jacobspad, de Groningse variant van het Jabikspaad, heb ik de afgelopen week gefietst. In 4 dagen uit en thuis, maar vooral genieten van de pelgrimsroute van Uithuizen naar Hasselt. Ontspanning door inspanning. In die 4 dagen ruimen 340 kilometer weg getrapt.


Fiets met bagage


De eerste dag liep grotendeels gelijk aan het eerder gefietste rondje Drenthe, maar eindigt nu in Groningen (eigenlijk Bedum). De ontvangst op natuurkamping 2Bunder was gewoon heerlijk. Een nachtje staan aan een plas (gewekt worden door spartelende meerkoeten) en praten met mensen over laaggeletterdheid en lange afstandsfietstochten. Mensen die kanker hebben gehad en dan nog naar Italië en Santiago de Compostella fietsen. Mijn petje af.


Monument voor het Jakobspad

Dag 2 moest ik nog een klein stukje naar de officiële start. Via Middelstum en Doodstil (ja echt) is dat geen straf. Jammer dat ik Uithuizen niet de kerk in kon. Deze was volgens mij gesloten vanwege restauratie van de gebrandschilderde ramen. Gelukkig maakte de kerk van Zeerijp dit goed. Kerk en toren gescheiden, maar wel een mooie tentoonstelling van textielwerk. Onderweg heb ik in Thesinge mij nog zitten afvragen of onze naam Tissingh daar een relatie mee heeft. Volgens lokale bewoners komt de naam Thesinge van de oud klooster daar. Moet ik nog eens verder in duiken. Op naar de overnachtingsplaats in Groningen. De camping Tuinindestad is voor rondtrekkende fietsers en wandelaars een aanrader. Gewoonweg een heerlijke ongecompliceerde camping die iets met de natuur en hergebruik heeft. Dat mag ik wel. Onderweg nog wel voor de 2de keer de fiets over de Gerrit Krolbrug geduwd. Deze is laatst aangevaren en alleen de loop/fiets bruggen, die hoger liggen, zijn te gebruiken.

Kaarsje branden

Dag 3 begint met de voor mij bekende Onlanden. Dit is en blijft een mooi natuurgebied onder de rook van Groningen. In Roderswolde was de kerk wel open. Ik ben niet katholiek opgevoed, maar wanneer het kan steek ik toch een kaarsje op. Ik had dat net gedaan of ik zie dat ik ’s nachts een bericht heb gekregen dat een vader van een vriend is overleden. Kaarsje en bericht vallen samen. Toeval? Wie het weet mag het zeggen. Al verder fietsend kom ik weer op meer bekend terrein: Pieterpad. Eindelijk kon ik de Jacobuskerk in Rolde bezoeken. Mooi gebouw, goed onderhouden en vooral mooie gebrandschilderde ramen. Een kort gesprek met één van de ‘gidsen’ leert mij dat het Jacobspad niet algemeen bekend is. Aan de ene kant jammer, want het is een mooie route. Aan de andere kant mooi want dan blijft het wat rustiger en niet zo druk als het Pieterpad. Vanuit Rolde nog één rukje naar Westerbork. Het voormalige kamp Westerbork heb dit keer niet bezocht. Niet dat ik de herinnering die daar in leven worden gehouden niet belangrijk vind, maar soms moet je prioriteiten ergens anders leggen. Wel heb ik mijn eigen angsten, hoogtevrees, overwonnen door de uitkijktoren te beklimmen en te genieten van de natuur en het zicht op de radiotelescopen die daar staan. Ik ben overigens wel geschrokken van de grote hoeveelheid dode fijnsparren die ik in de bossen zag. Dit schijnt te liggen aan de droogte en stijging van de temperaturen. Was een triest gezicht.

De laatste dag begon vroeg. Wat eerst een leuke camping leek, viel achteraf tegen. Sanitair, staanplaatsen en verdere voorzieningen waren prima. Alleen hadden ze mij een plek gegeven die dicht bij een plaats voor een kampvuur lag. De jeugd die zich daar ’s avonds mee vermaakte maakte er een redelijk zooitje van, waarbij ik bang was dat mijn tent in de fik zou gaan. Een andere campinggast ging zich er mee bemoeien en dat leidde bijna tot ruzie tussen volwassenen. Gelukkig is alles goed afgelopen, maar daardoor heb ik slecht geslapen en was voor 6 uur al wakker. Langs Beilen kwam ik in Spier. Daar werd ik opnieuw geconfronteerd met de gevolgen van de 2de wereldoorlog. Ik wist dat er aan het eind van de oorlog Franse parachutisten waren geland om bruggen en zo te bezetten voor de Canadese troepen, maar dat daarbij ook meer dan 20 burgers bij zijn gedood wist ik niet. Wat geweest is, is geweest. Maar laten we het niet vergeten, zodat het nooit weer voorkomt. Ergens achter Spier heb ik een bordje gemist. Daardoor op een geheel andere manier bij de radiotelescopen van Dwingeloo beland. Nu wel de schaapskudde, boekweit veld en lepelaars gezien. Die had ik anders gemist. Er leiden gelukkige vele wegen naar het eindpunt. Via Ruinen (met Annechien, het zusje van Bartje) en De Wijk kwam ik aan in Hasselt. Daar ontmoette ik een 4-tal mensen die juist het Jabikspaad hadden afgerond en stond de koffie bijna klaar. Heerlijk om ervaringen uit te wisselen en te praten over de beweegredenen waarom je zoiets doet. ’s Avonds heb ik weer lekker in mijn eigen bed bijgeslapen.

Zusje van Bartje




Tijdens het fietsen is mijn bewondering voor Maria en Freerk van de Stichting Onbeperkt op de Fiets ,die deze pelgrimstocht ook hebben gereden met een rolstoelfiets, toegenomen. Zelfs met een normale fiets had ik soms nog een uitdaging om vooruit te komen. Ik denk daarbij vooral aan bruggetjes, smalle schelpenpaadjes, smalle hekjes en zandpaden. Tot slot kan ik zeggen dat ik veel heb geleerd over het kamperen op deze manier. Veel ging goed, maar met hier en daar wat kleine aanpassingen moet het nog beter en makkelijker gaan.

Reacties

Een reactie posten

Populaire posts van deze blog

Slot woord

Ik vind dat het goed is

Na 3 maanden